woensdag 30 juli 2008

Blad 8


• Op mijn werkplek rent een roofspin heen en weer. Behalve een enkele vlieg leeft hij al maanden van mijn kruimels. Hij woont achter de laserprinter, in de sluimerstand, net als het apparaat.


• Het raam stond al dagen open vanwege de hitte. De zwaluwen besloten te gaan nestelen op de hanebalken en gingen er vast op schijten, als 'primer' voor het nest.

• Gaasvliegen, bleekgroene vliesvleugeligen, vaak met zijn tweeën suffend tegen het dakraam. Ze doen me denken aan chronisch zieken.

• Bij de doe-het-zelf winkel ging ik een nieuwe ruit halen, na een jacht op een bromvlieg. De eigenaar van de zaak vroeg of ik hem nagezeten had met een hamer.

• De hele winter zaten overal lieveheersbeestjes. Irritant, maar onaanraakbaar als symbolen van zinloos geweld.

• Kwikstaartjes slopen het rieten dak en kijken soms brutaal naar binnen, voorafgegaan door hun schaduw op het dakraam.

• De muis in doodsnood stond rechtop en weerde de kat af met zijn voorpoten. Vergeefs.

• Een spitsmuis zat met zijn bovenkaak in de val. Voorzichtig maakte ik hem los, daarop hij rende het bos in, met helse pijn en zonder hoop op kaakchirurgie.

• Na de beet van de kat was het zenuwstelsel van de muis beschadigd. Het dier bleef maar om zijn as tollen en wikkelde zichzelf vast in het gras. Dood leek het alsof hij gekruisigd was, in dezelfde houding.

• Door de vangst van moeder bleven de naakte, roze jongen achter onder de keukenkast. Ik durfde niet aan hun lot te denken.

• Het haperen van de auto blijkt veroorzaakt door muizenvraat in het luchtfilter. Rond het motorblok liggen hun keutels en de restanten van eikels. "Laat die beesten in kinderboeken blijven", verzucht ik.

• De wespennesten werden verdelgd door een morsige kerel die qua neus deed denken aan een schepping van Arcimboldo. Zijn nota was inclusief 19% BTW, voor een vluchtige handeling met een wit poeder.

• Ook de schoorsteenveger schrijft nota's en doet daarbij anekdotes over het volksdansen met landen uit Oost-Europa. Ik zie hem voor me, zwierend over de gladde vloer met een hoge zwarte hoed en een mooie zigeunerin.

• Hij was al in ruste, maar meneer Harmsen deed nog voor zijn plezier in bezems en borstels. Zijn vlotte babbel leek een cassettebandje dat ergens in zijn nette pak afgedraaid werd. Na een zeker jaar kwam hij niet meer, misschien was hij 'Uut de tied 'ekommen, net als de naam van zijn bedrijf: HAVO, te Vorden.

Geen opmerkingen: